De oudboekhouder wilt een monoloog voordragen, en karin wil graag weten waarom?
Cees vetelt dat hij naast zijn intresse voor toneel, ook een boodschap mee wilt geven hij heeft het over, Tje Utopians, dat hele dikke boek(?), daar staat een stukje over zijn leven in,
karin vertelt dat ze een stukje heeft over hem heeft gelezen. Cees vertelt nog wat verder over zijn jeugd tegen karin, hij zegt dat zijn vader vroeger last had van losse handjes, en dat cees al van jongs af aan moest werken, cees was eigenlijk een soort van schandknaapie/werkezel.
Karin kijkt cees aan en zegt, dat is dus eigenlijk de reden dat jij zo bent, met overal zo bovenop zitten. Cees kijkt een beetje als of die geschoffeerd is, en zegt nou ik ben niet zo erg als mijn vader hoor.
Waarop karin zegt dat ze het niet zo bedoelde maar meer van, jij wijst hier de jongste lui hier ook op allemaal dingen, en daar vallen mensen dan weer over, cees kijkt een beetje een beetje sip en zegt, ja het zal er wel mee te maken hebben dat ik zo ben geworden, maar ik regeer niet met de harde hand. Karin ziet wat het met cees doet, en lacht naar cees en zegt je weet in ieder geval hoe het niet moet, cees stemt in en moet ook een beetje lachen om zichzelf.
